Lamia is in de Grieksche fabelleer de dochter van Belas en Libya en de minnares van Zeus (Jupiter), zoodat Here (Juno) hare kinderen wegroofde. Daardoor werd zij waanzinnig en ontrukte ook aan andere moeders hare kinderen, terwijl zij een schrikwekkend voorkomen verkreeg en genoemd werd om kleine kinderen te bedreigen. — Later duidde men met den naam Lamiën bevallige, vrouweljjke geesten aan, die de kinderen tot zich lokten en hun het bloed uitzogen. — Lamia is ook de naam van eene stad in Phthiotis in Thessalië en vermaard door den naar haar genoemden oorlog der Atheners tegen Antipater.
In de middeneeuwen heette zjj Zeitoeni, doch thans heeft zij den voormaligen naam herkregen. Zij is de hoofdplaats van de nomarchie Phthiotis en de zetel van een aartsbisschop. Men vindt er eene citadel, een gymnasium, eene vermaarde markt en 4000 zielen.