Imam is een Arabisch woord, hetwelk voorganger of leeraar beteekent. Men geeft dien naam vooral aan de meestberoemde uitleggers van den Koran, en in het algemeen aan de Mohammedaansche oelema's of geestelijken, die met de leiding der godsdienstoefening in de moskeeën belast zijn. Zij bidden, lezen voor uit den Koran, houden leerredenen, verschaffen hulp aan zieken, spreken bij het huwelijk den zegen uit en zijn in het algemeen de eigenlijke priesters der Mohammedanen.
In hunne kleeding onderscheiden zij zich van de wereldlijke personen alleen door een iets geren tulband. Zij ontvangen hunne bezoldiging van de moskeeën, waar zij dienst doen, en staan in hoog aanzien bij het volk. Zelfs de sultan voert als geestelijk opperhoofd der Mohammedanen den titel van imam.
