Hanke (Henriette Wilhelmine), geboren Arndt, eene bekende Duitsche romanschrijfster, geboren te Jauer den 24sten Junij 1784, zag zich door eene ongelukkige liefde beroofd van opgeruimdheid en gezondheid, doch trad vervolgens in het huwelijk met den predikant Hanke te Dyhernfurth aan de Oder en vond kalmte in haren nieuwen werkkring. De omgang met de gravin von Hoyen aldaar vergunde haar een blik in de zeden en gewoonten der hoogere standen, en op aansporing van hare schoonzuster, de schrijfster Charlotte Haselich, greep zij naar de pen. Voordat zij haren eersten roman „Die Pflegetöchter (1821)” voltooid had, verloor zij haren echtgenoot, waarna zij terugkeerde naar hare moeder. De bijval, aan haren eersteling te beurt gevallen, moedigde haar aan.
Weldra volgde eene reeks van romans, die in 1846 te Hannover op nieuw verzameld zijn uitgegeven ten getale van 120 deelen. Als de belangrijkste noemen wij: „Claudia (1825, 3 dln)”, — „Bilder des Herzens und der Welt (1822, 4 dln; 2de druk 1834)”, — „Die Freundinnen (1826, 3 dln)”, — „Die Perlen (2de druk 1836, 2 dln)”, — „Die Schwiegermutter (2de druk 1833, 2 dln)”, — „Vergeltungen (1830, 2 dln)”, — „Die Schwester (1831, 2 dln)”, — en „Eine Schlesische Gutsfrau (1850, 2 dln)”. Daarin vindt men bevallige tafereelen van het huiselijk leven, die echter wel eens al te zeer besuikerd zijn met sentimentaliteit. Zij overleed te Jauer den 15den Julij 1862.