Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 07-08-2018

Faro (kaartspel)

betekenis & definitie

Faro, pharo of pharao is de naam van een hazardspel, afkomstig van een koning uit het kaartspel, die alzoo geheeten werd. Men speelt het met een vol spel van 52 kaarten. Eén der spelers is bankier, en de overige zijn pointeurs. Elke pointeur heeft een blad vóór zich, waarop zich 13 kaarten — van aas tot koning — bevinden.

De bankier legt zijne kas — de bank — op de tafel en bepaalt den laagsten inzet (point), van welken de pointeurs tot het bedrag der geheele bank kunnen opklimmen. Dit laatste wordt door de woorden „Va banque!” aangeduid. Hierop meleert de bankier zijne kaarten, laat afnemen en doet zien, welke de onderste is. Nu zetten de pointeurs eene som op eene der op hun blad aanwezige kaarten, — en de bankier keert achtereenvolgens de bovenste 2 kaarten van zijn spel om en legt ze op de tafel. De eerste van die kaarten is voor den bankier, en de tweede voor de pointeurs, — dat wil zeggen, de bankier wint al de geldsommen, gezet op dergelijke kaarten als de eerste zonder onderscheid van kleur, terwijl de pointeurs het bedrag winnen, door hen gezet op dergelijke kaarten als de tweede. Is de 2de kaart eene dergelijke kaart als de eerste, dan is het halve bedrag voor den bankier, en ook de eerste kaart van het laatste tweetal is ten voordeele van den bankier. Men kan het afnemen van 2 kaarten — de coup — 26 maal herhalen, en men geeft aan dat 26-tal afnemingen den naam van taille. Deze is de algemeene loop van het faro-spel, dat echter niet overal op de dezelfde wijze gespeeld wordt. — Er bestaat ook eene zeer vermaarde Belgische biersoort, die den naam van faro draagt.

< >