Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 06-07-2018

Credit-mobilier

betekenis & definitie

Credit-mobilier of Société générale de crédit mobilier is eene bij besluit van 18 November 1852 te Parijs voor den tijd van 99 jaren gevestigde credietvereeniging met een kapitaal van 60 millioen francs, verdeeld in 120000 actiën van 500 francs. Oprigters waren de gebroeders Pereire, en Napoleon III begunstigde haar, omdat hij in haar een middel meende te vinden, om tegen den overheerschenden invloed der geldmagt van de groote bankiers aan de beurs, eene magt over te stellen, die door de vereeniging van alle mogelijke kleine kapitalen den strijd kon aanvaarden en uithouden. Het crédit-mobilier werd geregtigd tot al zulke ondernemingen, als gewoonlijk door de crediet-ondersteuning der bankiers in ’t leven geroepen werden, als het aanleggen van spoorwegen, kanalen, mijnwerken enz., terwijl het verder de bevoegdheid ontving, om, na algeheele uitgifte zijner actiën, het vijfvoudig nominaal bedrag van zijn werkelijk kapitaal door zijne obligatiën in omloop te brengen en voor zijne ondernemingen te gebruiken.

Het plan was, concentratie van alle crediet op hare instelling, en daarmede ondersteuning der nijverheid in het binnen- en buitenland. Alle credietpapier zou als ’t ware versmolten worden in haar fonds, en vervangen door de rentegevende obligatiën, van haar uitgegeven. Alle beschikbaar kapitaal zou zij dus alléén tot zich trekken; zij zou worden de credietvereeniging; de grootere en kleinere beursspeculatiën zouden zich oplossen in ééne kolossale beursspeculatie. De speculatiekoorts, door het credit-mobilier sterk gevoed, bezorgde haar een aanvankelijk wèlslagen; groote winsten werden behaald: de actiën zelve van het credit-mobilier waren een tijd lang het hoofdvoorwerp der beursspeculatiën in Parijs; de koersen er van wisselden sterk af. Het stelde ten slotte al de gebreken van deze soort van credietinstellingen, zooals die boven onder dit artikel geteekend zijn, ten sterkste in het licht; de op het touw gezette ondernemingen, waarvoor men de kapitalen lokte, werden even spoedig vergeten, als ze opgerakeld waren, om, nadat de actiën met winst, door kunstmatige opdrijving, verkocht waren, door nieuwe van gelijk slag vervangen te worden. Sedert 1866 bevindt het credit-mobilier zich in staat van ontbinding; de gebroeders Pereire, die getoond liebben volkomen voor dergeljjke taak berekend te zijn, vielen in handen der justitie. In onderscheidene steden, als Weenen, Leipzig, Darmstadt, Dessau, Meiningen, Coburg enz. werden dergelijkecreditmstalten, in navolging vanhetcredit-mobilier, opgerigt, die ten deele nog spoediger dan hun voorbeeld hun ondergang vonden, ten deele bleven bestaan door zich toe te leggen op de gewone werkzaamheden van banken en bankiers. '

< >