Contarini is de naam van een aanzienlijk Venétiaansch geslacht, hetwelk van zeer ouden tijd af tot aan den ondergang der Republiek een aantal beroemde mannen, 4 patriarchen, 8 doges, vele veldheeren, staatslieden, kunstenaars, dichters en geleerden heeft opgeleverd. Het ontleende zijn rijkdom aan een uitgebreiden handel op de kust van Afrika, en splitste zich vervolgens in onderscheidene takken, die bepaalde bijnamen droegen. De naam Contarini staat het eerst vermeld onder de 12 tribunen (apostelen), die den eersten doge van Venétië, Paoluzzi Anafesto (697), kozen, en de eerste doge uit dat geslacht, Domenico Contarini (1043—1071), om zijn moed en schranderheid bekend, heeft in zijne geboortestad aanzienlijke gebouwen doen verrijzen. — De tweede doge, Jacopo Contarini (1274—1279), ontwikkelde in weerwil van zijn gevorderden leeftijd eene groote mate van beleid in moeijelijke omstandigheden; hij dempte een opstand in de steden Triëst en Capodistria, voerde een voorspoedigen oorlog tegen Ancona en bezorgde aan Venetië onderscheidene bezittingen. — Andrea Contarini was doge (1367—1382) nadat hij reeds onderscheidene hooge waardigheden bekleed en over Marino Faliero als regter gezeten had.
Hij maakte een einde aan een oproer te Triëst en op Candia, sloot vrede met Oostenrijk, voerde oorlog met onderscheidene naburige Staten, veroverde Chioggia en noodzaakte Genua tot het nederleggen der wapens. Zijn terugkeer uit dien strijd is op kosten der Republiek door Paolo Veronése geschilderd. — Francesco Contarini bekleedde aanzienlijke ambten in de Republiek, werd afgezant naar den H. Stoel en naar Engeland, daarna procuratore di San Mareo, en eindelijk doge (1623—1625). — Nicolo Contarini, een uitstekend staatsman en geleerde behoorde tot de Tienmannen, werd vervolgens tot correctere benoemd en bewees in die betrekking de onschuld van Foscarini, in 1622 op het bloote vermoeden van verstandhouding met vreemde gezanten ter dood gebragt, en werd voorts tot doge (1630—1632) benoemd, terwijl van zijne geschriften „De rerum perfectione libri sex (1576)” en „Modo della elizione del Serenissimo principe di Venezia (1630)” in het licht zijn verschenen. Onder zijne regéring bragt de Venetiaansche generaal Mocenigo eene nederlaag toe aan de Turksche vloot onder het bereik van het geschut der Dardanellen. — Domenico Contarini II voerde als doge (1660— 1674) strijd tegen de Turken bij Candia. — Ludovico Contarini sloot vrede met de Turken en bekleedde de hoogste waardigheid der Republiek van 1676 tot 1683.
Andere beroemde mannen van dit geslacht waren Francesco Contarini, leeraar in de wijsbegeerte te Padua (1460) en daarna Venétiaansch gezant bij Pius II. Als proceditore snelde hij Siéna te hulp tegen Florence, en sneuvelde in 1476 in een slag tegen de Turken. Hij schreef eene „Historia Etruriae etc. (1664)”. — Gasparo Contarini, een uitstekend schrijver, geboren in 1483. Hij studeerde te Padua, ging als Venétiaansch gezant naar den Rijksdag te Worms, vergezelde den Keizer op zijne togten door de Nederlanden, Engeland en Spanje, zag zich te Venetie benoemd tot hoofd der Tienmannen en door den Paus tot cardinaal, en was een ijveraar voor eene doortastende verbetering van den toestand der Kerk. Als pauselijk gevolmagtigde op den Rijksdag te Regensburg werd hij belast met de taak, om eene verzoening met de Protestanten te beproeven, waarin hij echter niet slaagde. Hij overleed als legaat van Bologna, vermoedelijk door vergif. Zijn karakter wordt zeer geroemd en zijne gezamenlijke geschriften zijn te Parijs (1571) en te Venétië (1589) uitgegeven. Het meest-bekende werk van zijne hand is „De magistratibus et republica Veneta (1543)”. — Giovanni Contarini, een beroemd schilder, geboren in 1549 en overleden te Praag in 1605.
Hij is een navolger van Tintoretto en Titiaan en behoort tot de beste schilders der Venetiaansche school. — Jacopo Piétro Contarini, de bezitter van eene aanzienlijke verzameling boeken en handschriften. Dit was oorzaak, dat Hendrik III, koning van Frankrijk, bij zijn bezoek te Venétië uitgenoodigd om een senator te kiezen, hem daartoe aanwees. Deze gebeurtenis werd door Tintoretto in het Dogen-paleis afgebeeld. Dit laatste is door de zorg en gedeeltelijk op kosten van dezen Contarini met schilderijen versierd, die de roemrijke daden der Venétianen voorstellen. — Simone Contarini, een verdienstelijk staatsman, die aan een groot aantal vorstelijke hoven blijken gaf van ongemeene schranderheid. Hij overleed den 10den Januarij 1633, een aantal Latijnsche gedichten achterlatende. — Vicenzo Contarini, een uitstekend oudheidkundige, hoogleeraar in de Latijnsche en Grieksche welsprekendheid te Padua, waar hij in 1617 overleed. Hij schreef: „Variorum lectionum liber (1606)” enz. — Ludovico (Alvisio) Contarini, een der meest-beroemde staatslieden van zijn tijd. Hij ging in 1629 als Venetiaansch gezant naar Parijs, en bragt te Londen den vrede tusschen Frankrijk en Engeland en later ook den Munsterschen Vrede tot stand. Hij overleed in 1653.