Brinz (Aloys), een verdienstelijk Duitsch regtsgeleerde en afgevaardigde naar den Oostenrijkschen Rijksraad, werd geboren in het Beijersche vlek Meiler den 25sten Februarij 1820. Hij studeerde te München en te Berlijn in de letteren en regtsgeleerdheid, vestigde zich als advocaat te München en werd na de uitgave van zijn geschrift “Zur Lehre der Compensation (1849)” naar de universiteiten te Basel en Erlangen beroepen. Aan laatstgenoemde werd hij in 1851 buitengewoon en in 1854 gewoon hoogleeraar in het Romeinsche regt, en vertrok in 1857 als gewoon hoogleeraar naar Praag.
In het voorjaar van 1861 zag hij zich afgevaardigd naar den Boheemschen Landdag en door dezen naar den Rijksraad, waar hij zich weldra als redenaar onderscheidde en met ijver de Duitsche belangen behartigde. Tot zijn wetenschappelijke geschriften behooren nog “Kritische Blatter civilistischen Inhalts (1852)” en “Lehrbuch der Pandecten (1857—1860)”.
