Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 19-03-2018

Bravo-Murillo (Don Juan)

betekenis & definitie

Bravo-Murillo, eerste minis­ter in Spanje, werd geboren in Junij 1803 te Frejenal de la Sièrra in de provincie Badajoz, studeerde te Sevilla en Salamanca in de godgeleerdheid en vervolgens in de regten, en werd één der beroemdste advocaten van zijn vaderland.

Wèl werd hij aanvankelijk ge­plaatst als hoogleeraar in de wijsbegeerte aan de universiteit te Sevilla, maar hij keerde spoedig tot de regtspractijk terug.

Vooral ver­wierf hij zich een grooten naam door de ver­dediging van den overste Bernardo Marquez, die in eene zamenzwering der liberalen ge­wikkeld was. Na den dood van Ferdinand VII werd hij fiscaal bij de audiencia van Estremadura te Caceres. In 1835 nam hij echter zijn ontslag en vestigde zich als advocaat te Madrid, waar hij met zijn vriend Pacheco het “Boletin de la jurisprudencia” uitgaf. Gedu­rende korten tijd bekleedde hij de betrekking van secretaris bij het departement van Justitie, maar weldra wijdde hij zich weder met uit­stekend gevolg aan de regtspractijk.

Hij was tevens een ijverig medewerker aan het tijd­schrift “El Porvenir” en bestreed met kracht de handelingen der toenmalige regering. De provincie Sevilla benoemde hem in 1837 tot lid der Cortes; het aanbod, om zich in het ministérie Ofalia met de portefeuille van Justi­tie te belasten, wees hij van de hand, maar bij de ontbinding der Cortes werd hij, als ge­matigde, niet herkozen. Hierna redigeerde hij met Donoso Cortes en Alcala Galiano het tijd­schrift “Piloto”, waarin hij de regering aan­viel. Bij eene latere ontbinding der Cortes in 1840 werd hij door de provincie Avila tot lid gekozen, en toen de omwenteling van 1 September 1841 voorviel, was men van plan, hem als den leider der Moderados In hechtenis te nemen.

Hij vlugtte naar Bayonne, waar hij zijne verbanning en bijna even spoedig zijne terugroeping vernam. Na een kort vertoef te Parijs keerde hij terug naar Madrid en belastte zich in 1847 in het ministérie-Pacheco met de portefeuille van Justitie en in het hierop volgend kabinet met die van handel, onder­wijs en nijverheid. In 1849 en 1850 was hij minister van Financiën en in 1851, na het aftreden van Narvaez, werd hij belast met de vorming van een nieuw kabinet. Hij bragt orde in de financiën, behartigde de belangen der schuldeischers van den Staat en verbeterde het bestuur. In 1852 legde hij het voorzit­terschap van het ministérie neder en behield enkel het bewind over de zaken der overzeesche bezittingen, doch werd door de revolutie van 1854 uit de regering verwijderd. Hij be­gaf zich naar Frankrijk en keerde eerst in 1857 in zijn vaderland terug, waar hij in het ministérie Narvaez de portefeuille van Binnenlandsche Zaken ontving. Hij neigde vervolgens meer en meer tot de zijde der reactie, en zocht door dwangmaatregelen den wankelenden troon van Isabella te ondersteunen.

Na den dood van Narvaez (23 April 1868) werd hij voorzitter van den ministerraad.

Zijne bemoeijingen wa­ren echter niet in staat, om de revolutie van September 1868 te smoren en de verdrijving der dynastie te verhinderen. Bravo-Murillo legde den 20sten September 1868 zijne betrek­king neder en volgde de vlugtende Koningin naar Bayonne.

< >