Archelaus is een eigennaam, die “volksgebieder” beteekent. Van hen, die dezen naam hebben gedragen, noemen wij:
Archelaus, den zoon van den Heraclide Temenus en den stamvader van Alexander de Groote. Door zijn broeder verdreven, nam hij de wijk naar Macedonië, waar hij den koning Cisseus bijstand bood in een hagchelijken oorlog. Toen hij daarna volgens de toezegging aanspraak maakte op de hand van de dochter des konings en op het toekomstig bezit van den troon, zocht Cisseus zich van zijn schuldeischer te ontdoen door hem te dooden. Archelaus was echter op zijne hoede en in plaats van zelf te vallen in eene groeve met gloei- jende kolen, stiet hij den Koning daarin neder.
Daarna stichtte hij, op bevel van Apollo, de stad Aegae.
Archelaus, een koning van Macedonië, die van 413 tot 399 vóór Chr. regeerde, een ijverig vriend en bewonderaar der Grieksche kunst en wetenschap. Hij was een onechte zoon van koning Perdiccas II en baande zich door het vermoorden van een broeder en van een zoon van Perdiccas den weg naar den troon. In het jaar 410 veroverde hij het afvallige Pydna en verplaatste de inwoners naar het binnenland. Hij schonk aan Macedonië grensvestingen, eene betere legerorganisatie en de eerste vloot. Zijn Hof was het ver- eenigingspunt van de grootste dichters (Euripides, Agathon), schilders en muziekliefhebbers van dien tijd. Hij werd in 399 vóór Chr. op de jagt door zijn gunsteling Craterus gedood , volgens sommigen bij ongeluk, en volgens anderen met opzet.
Archelaus, een beroemd veldheer van Mithridates de Groote. Hij werd geboren in Cappadocië, streed eerst tegen Nicomedes III van Bithynië, dien hij in het jaar 88 vóór Chr. bij de Amnius versloeg, en werd vervolgens met 120000 man en eene aanzienlijke vloot naar Griekenland gezonden, waar hij de Atheners, Spartanen, Achajers en Boeotiërs aanspoorde om het Romeinsche juk af te werpen, zich na den slag bij Chaeronéa tegen Bruttius Sura in den Piraeus versterkte en deze Atheensche haven met goed gevolg tegen Lucius Cornelius Sulla verdedigde. Nadat in het jaar 86 de stad, waar Aristion het opperbevel voerde, in handen der Romeinen was gevallen, zeilde Archelaus naar Thermopylae, vereenigde er zich met het leger, dat uit het noorden was aangerukt, en ondervond, in den strijd tegen de Romeinen, bij het reeds vermelde Chaeronéa eene gevoelige nederlaag. Zoodra hij echter uit Azië eene versterking gekregen had van 80000 man, snelde hij weder naar Boeotië, maar hij verloor bij Orchomenus een slag, die 2 dagen duurde en waarin Sulla, het leger van Mithridates vernietigde. Archesilaus moest zich 3 dagen lang in een moeras verbergen eer het hem gelukte, zich naar Chalcis te begeven. Hij sloot daarna (85 vóór Chr.) op last van Mithridates te Delium in Boeotië een wapenstilstand met Sulla en bragt later den vrede tot stand. Toen vervolgens Mithridates argwaan tegen hem begon te koesteren, nam hij de vlugt naar den Romeinschen veldheer Murena (81 vóór Chr.). Zijne verdere lotgevallen zijn onbekend.
Archelaus, een zoon van den voorgaande. Hij werd in het jaar 63 vóór Chr. door Pom- pejus benoemd tot opperpriester der godin Enyo of Bellona, — eene waardigheid, waaraan vorstelijke voorregten waren verbonden. Door eerzucht geprikkeld, huwde hij (56 voor Chr.) met Berenice, eene dochter van koning Ptolemaeus Auletes en na het verjagen van haar vader koningin van Egypte. Reeds na verloop van een half jaar verloor hij het leven in een slag tegen den Romeinschen proconsul A. Gabinius, die in Egypte verschenen was, om Ptolemaeus weder op den troon te plaatsen.
Archelaus, een zoon van laatstgenoemde. Hij was door Antonius wegens de bevalligheid zijner moeder Glaphyra in het jaar 34 vóór Chr. tot koning van Cappadocië verheven. Gedurende den strijd tusschen Antonius en Octavianus schaarde hij zich aan de zijde van Antonius. Toen deze de nederlaag leed, behield Archelaus niettemin zijn rijk en verkreeg later daarenboven Klein-Arménië en een gedeelte van Cilicië. Door zijn huwelijk met Pythodoris, de weduwe van koning Polemo van Pontus, verwierf Archelaus ook de voogdijschap over dat gebied. Daar hij verzuimd had, naar de gunst van Tiberius te streven, lokte deze hem naar Rome en klaagde hem hier aan bij den Senaat wegens het invoeren van ongeoorloofde nieuwigheden, en de grijsaard moest den schijn van onnoozelheid aannemen om zijn leven te redden. Hij overleed in het jaar 17 na Chr.; Cappadocië werd vervolgens een Romeinsch wingewest.
Archelaus, een Israëlietisch etnarch of bewindvoerder. Hij was een zoon van Herodes de Groote en volgde dezen op in het jaar 4 na Chr. Hij beteugelde den opstand van de partij der Farizéën door een bloedbad, waarin 3000 Israëlieten omkwamen. Daarna begaf hij zich naar Rome, waar Augustus hem den titel verleende van etnarch en tevens het vooruitzigt op de koninklijke heerschappij over Judaea, Samaria, Idumaea en het kustgewest, terwijl zijne broeders Antipas en Philippus als tetrarchen gesteld werden over de andere helft van het gebied van Herodes. Na verloop van 9 jaren werd hij zoowel door zijne broeders als door zijne onderdanen wegens wreedheid aangeklaagd bij Augustus. Deze riep hem op naar Rome, beroofde hem van zijne waardigheid en verwees hem in ballingschap naar Viénna in Gallië. Zijn gebied werd bij de Romeinsche provincie Syrië gevoegd.
Archelaus, een wijsgeer der Ionische school. Hij was geboortig van Athene, volgens anderen van Milete. Hij leefde in de 5de eeuw vóór Chr. en was een leerling van Anaxago- ras en een der leermeesters van Socrates. Hij was de eerste, die beweerde, dat onze aarde eene bolvormige gedaante heeft, — ’t geen hij opmaakte uit het verschijnsel, dat de zon niet op alle plaatsen der aarde terzelfde tijd ondergaat, zooals het geval zou wezen, indien wij op een vlak woonden. Daarenboven wordt deze Archelaus wegens de practische rigting zijner wijsbegeerte als de voorlooper van Socrates beschouwd.