Gepubliceerd op 30-10-2017

zooi

betekenis & definitie

zooi - Zelfstandignaamwoord
1. warboel, puinhoop
Ik maakte er een zooitje van.
Ik heb altijd veel zooi bij me in de auto.
2. kooksel; dat wat langdurig samen gekookt wordt

Woordherkomst
van het Middelnederlandse woord suede; een Naamwoord van handeling van zieden.

Synoniemen
zootje