wagonette - Zelfstandignaamwoord
1. (verkeer) open rijtuig met vier geveerde wielen, waarin de passagiers achter koetsier op twee banken met de rug naar de zijkant zitten
♢ Op de foto stuurt Feike Holtrop van Hidaard Ida II en Gerbrand voor de wagonette door de wat krappe piste.
♢ Volgens de polis verzekerde de assuradeur wegens ongelukken, overkomen met „een personentrein, stoomboot voor passagiers, omnibus, tram, dogcart, wagonette, coach, carriage of ander personen-rijtuig (venicle)".
2. (historisch), (verouderd) naam voor oud autotype
Woordherkomst
van het Engelse woord wagonette
Verwante begrippen
char-à-bancs, janplezier
Gepubliceerd op 31-10-2017
wagonette
betekenis & definitie