vers - Bijvoeglijk naamwoord
1. nieuw, net gemaakt, recent
♢ Deze krant is vers van de pers.
2. niet ingeblikt, niet diepgevroren
♢ Dit is verse vis met verse groenten.
vers - Bijvoeglijk naamwoord
1. paritief van de stellende trap van ver
vers - Zelfstandignaamwoord
1. (dichtkunst) gedicht
2. (dichtkunst) dichtregel
3. (dichtkunst) couplet
Gepubliceerd op 31-10-2017
vers
betekenis & definitie