usurperen - Werkwoord
1. toeëigenen, onrechtmatig in bezit nemen, zich aanmatigen
♢ Vlaams minister-president w:Kris Peeters|Kris Peeters en zijn Waalse collega w:Rudy Demotte|Rudy Demotte willen meer duidelijkheid over de usurperende bevoegdheden bij de uitwerking van de zoveelste Belgische staatshervorming.
Woordherkomst
afgeleid van het Franse usurper (met het achtervoegsel -eren)
Gepubliceerd op 31-10-2017
usurperen
betekenis & definitie