stemmen - Werkwoord
1. (inerg) deelnemen aan een verkiezing
♢ Ben je al wezen stemmen?
2. (ov) (muziek) een instrument op de juiste toonhoogte brengen, gelijkstemmen
♢ Het orkest stemt altijd op de a van de hobo.
3. (ov) iemand een bepaald gevoel geven
♢ Dat stemde hem een stuk vriendelijker.
stemmen - Zelfstandignaamwoord
1. meervoud van het zelfstandig naamwoord stem
Synoniemen
[2] afstemmen
Gepubliceerd op 02-11-2017
stemmen
betekenis & definitie