olieput - Zelfstandignaamwoord
1. (diep / geboord) gat in de aarde waar men olie uit kan oppompen
♢ Met een waggelend busje rijden we verder over een tweebaansweg van betonplaten, die vol gaten zitten. Duizenden kilometerslange pijpleidingen snijden de bostoendra in parten. Het wemelt er van olieputten, ja-knikkers, opslagcontainers, schoorstenen die gas affakkelen. Alles straalt een maagdelijke orde uit.
Woordherkomst
samenstelling van olie en put
Synoniemen
oliebron
Gepubliceerd op 04-12-2017
olieput
betekenis & definitie