nestelen - Werkwoord
1. (inerg) het bouwen van een nest en het grootbrengen van jongen erin, gewoonlijk van vogels
♢ Op die rots nestelen honderden zeekoeten.
2. (refl) zich ~: plaatsnemen en het zich behaaglijk maken
Woordherkomst
van het Middelnederlands nestelen, maar via de wortels in het Protogermaans op te vatten als (freqtt) nesten met het achtervoegsel -el
Gepubliceerd op 04-12-2017
nestelen
betekenis & definitie