Gepubliceerd op 04-12-2017

labiodentaal

betekenis & definitie

labiodentaal - Zelfstandignaamwoord
1. (taalkunde) medeklinker, gevormd met onderlip en boventanden
Een ander spoor van de overgang van bilabiaal tot labiodentaal zag Verdenius in het feit, dat gaeuwe vrij spoedig uit de kluchtentaal verdween.

labiodentaal - Bijvoeglijk naamwoord
1. met de onderlip en de boventanden gevormd

Woordherkomst
van het Latijnse 'labium' (lip) + dens (2e nv. dentis) [tand]

Synoniemen
labiodentale medeklinker

Verwante begrippen
fonetiek