kiel - Zelfstandignaamwoord
1. (m) (scheepvaart) een verlenging van de onderzijde van een (zeil)schip die dient om het verlijeren tegen te gaan en het schip een grotere stabiliteit te geven
2. (f)/(m) (kleding) een kledingstuk zonder voorsluiting dat het bovenlichaam bedekt en onder landbouwers populair was
3. (m) (muziekinstrument) een wigvormig pennetje waarmee in toetsinstrumenten zoals een klavecimbel, een snaar wordt getokkeld
♢ De kiel of plectrum werd vroeger van een ravenpen gemaakt.
kiel - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kielen
♢ Ik kiel
2. gebiedende wijs van kielen
♢ kiel!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kielen
♢ kiel je?
Synoniemen
[3] plectrum
Verwante begrippen
[1] midzwaard, scheepsromp, zeilschip, zijzwaard, zwaard, [3] dok, toetsinstrument, tokkelinstrument, spinet
Gepubliceerd op 04-12-2017
kiel
betekenis & definitie