jat - Zelfstandignaamwoord
1. (Jiddisch-Hebreeuws) hand
jat - Werkwoord
1. enkelvoud tegenwoordige tijd van jatten
2. gebiedenwijs van jatten
Woordherkomst
Herkomst: Bargoens
Verwante begrippen
Hebreeuws/Jiddisj: jad
Gepubliceerd op 04-12-2017
jat
betekenis & definitie