Gepubliceerd op 04-12-2017

ingelovig

betekenis & definitie

ingelovig - Bijvoeglijk naamwoord
1. diep overtuigd
En hoewel hij in een aantal magnifieke monologen zijn God pleegt te kapittelen over Diens vaak onbegrijpelijke besluiten, blijft hij een ingelovig mens die zich niet verzet maar aanvaardt.

Woordherkomst
afleiding van gelovig (bijvoeglijk naamwoord) met in- (versterkend voorvoegsel)

Verwante begrippen
in- en ingelovig