Definities van Nederlandstalige WikiWoordenboek in de Ensie N
- nabracha
- nabrachot
- naburig
- naburige
- naburiger
- naburigere
- naburigers
- naburigheid
- naburigs
- naburigst
- naburigste
- nacalculatie
- nacalculaties
- nach
- nacheck
- nachecken
- nacheckend
- nacheckt
- nacheckte
- nacheckten
- naches
- nacht
- nachtangsten
- nachtblauw
- nachtblauwe
- nachtblind
- nachtblinde
- nachtblinden
- nachtblinder
- nachtblindere
- nachtblinders
- nachtblindheid
- nachtblinds
- nachtblindst
- nachtblindste
- nachtbraak
- nachtbraakt
- nachtbraakte
- nachtbraakten
- nachtbraken
- nachtbrakend
- nachtbraker
- nachtbrakers
- nachtbrakertje
- nachtbrakertjes
- nachtburgemeester
- nachtburgemeesters
- nachtburgemeestertje
- nachtburgemeestertjes
- nachtbus
- nachtbusje
- nachtbusjes
- nachtbussen
- nachtclub
- nachtclubje
- nachtclubjes
- nachtclubs
- nachtdienst
- nachtdiensten
- nachtdienstje
- nachtdienstjes
- nachtdieren
- nachtdiertje
- nachtdiertjes
- nachte
- nachtegaal
- nachtegaaltje
- nachtegaaltjes
- nachtegalen
- nachtelijk
- nachtelijke
- nachtelijker
- nachtelijkere
- nachtelijkers
- nachtelijks
- nachtelijkst
- nachtelijkste
- nachten
- nachtevening
- nachteveningen
- nachteveningspunt
- nachteveningspunten
- nachteveningspuntje
- nachteveningspuntjes
- nachtgedierte
- nachtgedierten
- nachtgediertes
- nachtgevlogen
- nachthemd
- nachthemden
- nachthemdje
- nachthemdjes
- nachthemel
- nachthemels
- nachthemeltje
- nachthemeltjes
- nachtjapon
- nachtjaponnen
- nachtjaponnetje
- nachtjaponnetjes
