bulderen - Werkwoord
1. (inerg) een dreunend geluid maken
♢ De kanonnen bulderden éénentwintig maal bij wijze van saluut.
2. (inerg) op ruwe en luide manier spreken
♢ "Daar komt niets van in!" bulderde hij.
Gepubliceerd op 10-11-2017
bulderen
betekenis & definitie