Gepubliceerd op 10-11-2017

breedsprakig

betekenis & definitie

breedsprakig - Bijvoeglijk naamwoord
1. heel veel woorden kunnen gebruiken tijdens het spreken
Na een kwartier had de breedsprakige man nog steeds niet verteld wat nu eigenlijk de bedoeling was.

Woordherkomst
afleiding van breed en spreken met het achtervoegsel -ig