Wijsgeerige kunsttermen

Dr. C.J. Wijnaendts Francken (1925)

Gepubliceerd op 20-07-2020

humor

betekenis & definitie

Een aesthetische vorm van behandeling, waarin ernst en scherts vereenigd zijn, zoodat er plaats is voor een lach en voor een traan. De humorist behandelt de wisselvalligheden en disharmonieën des levens, de onvolkomenheden en tegenstrijdigheden der menschelijke natuur niet als een berispend moraalprediker, evenmin als een geeselend satyricus, noch met spottende ironie of bitter sarcasme, maar vol meegevoel, deelneming en weemoedig begrijpen.

Zoo is ook de humor iets anders dan het grappige en lachwekkende, iets anders ook dan de intellectueele geestigheid. Want terwijl deze voortkomen uit het speelsch vernuft, vloeit de humor voort uit eene combinatie van verstandelijke en gemoedselementen en bezit daardoor zoowel een ruimer blik als een hooger ethisch karakter. Eerst na veel levenservaring en veel gemoedsdoorleving is zulk een van rijp oordeel en inzicht getuigende beschouwingswijze mogelijk; en vele personen worden er gevonden, die weinig toegangelijk en vatbaar zijn voor humor; terwijl het aantal waarlijk humoristische schrijvers zeer gering is.

< >