(Lat. van atavus = voorvader). Erfelijkheidsverschijnsel, bij hetwelk zekere kenmerken van verwijderde voorouders wederom optreden in den aanleg der veel latere nakomelingschap als een soort van terugslag naar een ver verleden.
Een terugvallen tot voormalige vormen, hetzij dan op ’t gebied van den lichaamsbouw, hetzij op dat van het psychisch leven.