is de naam van een bekend bankiershuis. De grondlegger was Meyer Anselm Bauer, die in 1743 in het ghetto van Frankfort aan de Main geboren werd.
De kleine Anselm nam al heel vroeg deel aan het familiebedrijf: den kleinhandel in goederen en munten. De pientere jongen begreep, dat er met oude en zeldzame munten veel relaties te krijgen waren.
Hij verzamelde die dus, werkte eerst op een bankierskantoor elders en vestigde zich toen als bankier te Frankfort, waar zijn huis (en later hij zelf) al gauw Rothschild werden Rothschild — Nathan, die de schranderste der vijf gebroeders genoemd wordt.genoemd, omdat er een rood uithangbord uithing. Hij maakte kennis met veel muntverzamelaars en zo ook met den landgraaf van Hessen, Wilhelm IX. Toen deze moest vluchten, beheerde hij zijn vermogen en deed dat goed. Dat gaf hem bij de gekroonde hoofden vertrouwen en zo was hij in den Napoleontischen tijd betrokken bij nagenoeg alle financiële transacties van de Bondgenoten; de hiermede behaalde winsten legden den grondslag voor het fortuin der Rothschilds.
Van zijn vijf zonen zette de oudste, Anselm, zijn zaak in Frankfort a.d. M. voort, terwijl zijn zoons Nathan, Jacob of James, Salomon en Karl de kantoren kregen te Londen, Parijs, Weenen en Napels. Hoewel de broeders zelfstandig optraden, werkten zij toch zoveel mogelijk samen. Ieder van hen deed op zijn eigen terrein grootscheepse zaken; zo financierde Nathan te Londen Wellingtons krijgsoperaties. Hij was de eerste in Engeland, die door middel van een specialen koerier den uitslag van den Slag bij Waterloo vernam; een vollen dag vóór Wellingtons officieel rapport deelde hij de Engelse regering Napoleons nederlaag mede.
Keizer Frans van Oostenrijk beloonde de diensten der broeders Rothschild door hen alle vijf in den adelstand te verheffen.
Na het Weener congres hadden de Rothschilds het feitelijke monopolie van staatsleningen, welke in dien berooiden tijd zo nodig waren. Hierdoor oefenden zij een geweldige macht uit: zij beheersten de geldmarkt geheel. Van lieverlede kregen zij ook grote belangen bij spoorwegen en stoomvaartlijnen, terwijl zij voor staatsleningen niet zelden politieke voorwaarden stelden. In deze jaren stond het huis Rothschild op het toppunt van zijn macht. In de tweede helft der 19de eeuw verschenen machtige concurrenten op het toneel, waardoor Rothschilds invloed enigszins taande, al bleef in de jaren na den oorlog van ’70 hun rol in verband met de door Duitsland geheven oorlogsschatting nog groot.
Na 1870 hebben de Rothschilds nog slechts in Engeland een overheersende positie ingenomen. Het glanspunt van deze periode was de door hen gefinancierde massa-aankoop van Suezkanaal-aandelen ten behoeve der Britse regering. In Frankfort was in 1901 het stamhuis der Rothschilds uitgestorven; er is nog het huis Goldschmidt-Rothschild.
Ondanks hun getaanden invloed en verminderden rijkdom, werd het vermogen van een hunner, dat van den in 1915 overleden Nathaniël Mayer, eerste Lord Rothschild, nog op 63 millioen goudfrancs geschat.
Het spreekt van zelf, dat de houding der Duitse regering tegenover de Joden ook de macht van de kantoren Rothschild in Centraal-Europa heeft gebroken.