Wat is dat? Encyclopedie voor jongeren

P.J.F.H. van de Rivière, R. de Ruyter-van der Feer (1928, 1930 en 1938)

Gepubliceerd op 09-08-2019

Hechtenis

betekenis & definitie

Je hebt allemaal wel eens in de krant gelezen een zinnetje als: „de politierechter veroordeelde den verdachte tot ƒ 15 boete of drie dagen hechtenis.” Dit betekent, dat de man, wanneer hij de ƒ 15 boete, waartoe hij veroordeeld is, niet kan of wil betalen, drie dagen wordt opgesloten. Bij hechtenis is men dus tijdelijk zijn vrijheid kwijt, net als bij gevangenisstraf, doch hechtenis is een lichtere vrijheidsstraf dan gevangenschap.

Er zijn twee soorten van hechtenis, n.l. hechtenis als maatregel van politie en hechtenis als straf. Een voorbeeld van de eerste soort — ook preventieve hechtenis genoemd — is, als iemand, die op een strafbaar feit is betrapt of hiervan wordt verdacht, wordt gearresteerd en zolang opgesloten, tot er over hem recht zal worden gesproken. Er zijn veel voorschriften, die zorgen, dat deze maatregel niet lichtvaardig genomen kan worden en opgeheven wordt, zodra het mogelijk is.
De hechtenis als straf kan treden in de plaats van boete en bedraagt dan tenminste één dag en ten hoogste zoveel dagen als het maximum der bedreigde boete vijftallen guldens bedraagt, echter niet meer dan 6 maanden.
Hechtenis kan ook worden opgelegd als zelfstandige straf en duurt dan tenminste één dag en als regel ten hoogste één jaar.

Het verschil tussen hechtenis en gevangenisstraf is, dat degene, die hechtenis ondergaat, binnen zekere grenzen mag werken, waaraan hij wil en dat de opbrengst van zijn arbeid hemzelf ten goede komt. Bovendien wordt de hechtenis in den regel in andere instellingen dan gevangenissen ondergaan. De wet schrijft uitdrukkelijk voor, dat hechtenis en gevangenisstraf „niet in hetzelfde gesticht wordt ondergaan”.
Hectografie is een methode om geschreven stukken te vermenigvuldigen zonder gebruik te maken van de drukpers.
Het spreekt vanzelf, dat het meermalen voorkomt, dat er van een bepaald stuk schrift, b.v. een programma, een menu e.d. verscheidene exemplaren nodig zijn, maar dat men toch om een of andere reden de copie niet wil laten drukken. In zo’n geval maakt men volgens de oude methode — er zijn ook allerlei andere, nieuwe methodes van reproductie — gebruik van een hectograaf, een toestel, waarmee men, zoals het woord „hecto” al aanduidt, honderd afdrukken kan maken. De hectograaf is in de eerste plaats een plaat, bestaande uit een koud geworden oplossing van 1 deel gelatine, 4 delen glycerine en 2 delen water. Men tikt of schrijft nu de copie met anilineinkt en legt dan het nog natte, beschreven papier op deze plaat. De aniline-inkt trekt in de plaat en wanneer men er vervolgens een vel wit papier op legt, wordt, als men er zachtjes op drukt, een deel van den inkt op dit papier overgebracht. Op deze wijze kan men ongeveer honderd afdrukken maken.
De hectografische afdrukken verbleken echter spoedig. Men heeft dan ook als betere methode de collegrafie.
Wat dat nu weer is? Wel, bij het collegraferen wordt het oorspronkelijke stuk geschreven met een inkt, bestaande uit ijzervitriool, pyrogalluszuren en Arabische gom, op goed gelijmd papier. Daarna wordt dit op de plaat afgedrukt als boven. Dan wordt de plaat zwart gemaakt met drukinkt, die alleen blijft kleven op de plaatsen, die met dezen inkt bevochtigd zijn. Daarna worden de afdrukken gemaakt, waarbij telkens het zwart maken herhaald wordt. Op deze manier krijgt men vele duidelijke afdrukken, die niet verbleken.

< >