Petasites: deze naam kreeg de plant van Dioscrides; hij leidde deze benaming af van petasos, dat is een breedgerande hoed, waarmee hij de grote bladeren vergeleek:
Hybridus: de plant is een bastaard, een kruising tussen twee andere soorten. Dit is echter niet het geval bij deze soort.
Groot hoefblad: de naam Groot hoefblad kreeg deze soort omdat men de forse bladeren vergeleek met de bladeren van Klein hoefblad, die in vorm veel overeenkomst vertonen maar verschillen in grootte. Naar de hoefvormige bladeren ontstond de naam hoefblad.
Bijzonderheden:
• de traditie wil dat de bladeren gebruikt werden om boter in te verpakken;
• opvallend aan deze soort is haar tweehuizig- en eenslachtigheid, waarbij de mannelijke en vrouwelijke planten zoveel van elkaar verschillen dat zelfs veel botanici, inclusief Linnaeus, ze lang als twee verschillende soorten hebben beschouwd. Over het algemeen komen de vrouwelijke planten wat later in bloei dan de mannelijke. Vaak staan in de wijde omgeving van vrouwelijke planten geen mannelijke en dan is geen bestuiving mogelijk, zodat er geen vruchten tot ontwikkeling kunnen komen;
• verspreiding gebeurt in onze streken voornamelijk door wortelstokfragmenten, hetzij door het water, hetzij – al of niet opzettelijk- door de mens.
• de Duitse naam Pestwurz voor deze plant herinnert aan zijn vroegere faam als heler van pestbuilen, al berust die mogelijk op een verbastering van de naam Petasites, een woord dat gemakkelijk tot pest is samen te trekken maar in werkelijkheid ‘regenhoed’ betekent. Dit laatste slaat op een toepassing van hoefbladeren die tot op heden heeft standgehouden, maar het staat toch ook wel vast dat Groot hoefblad ontsmettende en wondhelende en tevens krampwerende stoffen bevat.
Gepubliceerd op 12-05-2020
Hoefblad (groot), Petasites hybridus
betekenis & definitie