GELOOF, HOOP EN LIEFDE zijn drie hoofdbeginselen of deugden der Orde van het Rozenkruis, in welke de drie kolommen der Vrijmetselarij: W K en S veranderd zijn. Hoe ook voor het overige de zin dezer woorden moge zijn, zoo kende de oude overgeleverde Vrijmetselarij dezelve niet, maar zijn die eerst later ingevoerd geworden. De Fransche graad: Souverein Prins van het Rozenkruis, gebruikt deze drie deugden bij de receptie in dien graad. Het Geloof is de grondslag der Geregtigheid, de band der Eendragt en de eerste steun van een Genootschap.
De Hoop is het onwankelbare anker der ziel, en dringt tot in de verborgenste dingen door.
Liefde is de proefsteen en het beste bewijs van de godsdienst.