Voornamenboek

Dr. Johannes van der Schaar (1964)

Gepubliceerd op 19-12-2020

Wemmer

betekenis & definitie

m

Uit Wenemar, tweestammige Germ. naam waarvan het eerste lid win ‘vriend' is (zie win-) en het tweede -mar 'beroemd' (zie -mer-). Vgl.: Wenemarus de Bosinchem, ca. 1214; Wennemaer, Voorst 1318; Wemmer = Wenemarus, 14e/15e eeuw, bij Nijmegen; Wemmer, Wember = Wenemar, Wennemar, Den Bosch, 14e/15e eeuw; Wemmer = Wennemar, Bommelerwaard ca. 1600.

< >