Officiële friese naam voor de Griel ←. De naam komt voor in De Vries 1928, terwijl De Vries 1911-1912 een soortgelijk Tsjokfutet opgeeft als de helgolandfriese naam.
De naam wordt gemotiveerd: "mei tsjokke poaten", 'met dikke poten'. Dit motief is al ouder: Houttuyn 1763 schrijft op p.261: "De naam Oedicnemus, die door de Ouden aan deezen Vogel gegeven wordt, ziet op de dikte zyner Pooten effen onder de Kniejen." Oedicnemus is verzonnen door Belon 1555 [Lockwood 1993 sub Thick-kneed Bustard], het is de soortnaam die Linnaeus 1758 aan de vogel geeft (Charadrius Oedicnemus), en Temminck 1815 verheft deze tot geslachtsnaam (Oedicnemus crepitans). {De huidige naam van het geslacht is Burhinus Illiger 1811.} Het is nog maar de vraag, of de (vooral lange) poten van de Griel (en niet die van de Trap) model hebben gestaan. Ook de D namen Trieltrappe en Grieltrappe 'Kleine Trap' bij Klein 1750 [Suolahti p.264] wijzen op de soms enge relatie die er in naamgeving tussen Griel en Trap bestond.ETYMOLOGIE fries tsjok: zie N dik sub Dikbekfuut. Voor fries poat: zie -poot.