Gepubliceerd op 16-11-2020

Torenvalk

betekenis & definitie

Falco tinnunculus Linnaeus 1758. De wetenschappelijke naam van deze bekendste onder de Valken had haast niet anders dan Falco turricola kunnen luiden: in alle Linnaeus 'omgevende' talen wordt naar het broeden in kerktorens verwezen: zweeds Tornfalk, deens/noors Tärnfalk (Kirkefalk bij Pontoppidan 1763 en Schade 1811), ijslands Turnfalki, D Turmfalke (<D Thurmfalke (Schlegel 1844; Meves 1886) <Turmfalke (Popowitsch 1780), N Tooren-valk [Rynja 1983; gezien de spelling moet dit 18e eeuw zijn], maar Linnaeus liet zich inspireren door de klassieken: Plinius' Historia Naturalis gaf Tinnungulus en de Griek Theodorus Gaza (1408-1478), die Aristoteles naar het Lat vertaalde, Tinnunculus.

Lat tinnunculus houdt mogelijk verband met Lat tinnulus 'schel klinkend', verwijzend naar de scherpe "kli-kli-klikli"-roep van de soort [Coomans de Ruiter et al. 1947]. Zie ook Steenkrijter en Steengal.BENOEMINGSGESCHIEDENIS Schlegel 1852 en 1858 geeft als hoofdnaam: Zwemmer ←, en vermeldt daarnaast Torenvalk. In Schlegel 1860 is Torenvalk de hoofdnaam geworden. Houttuyn 1762 noemt de naam Zwemmer voor Linnaeus' 20e Valk, Falco lanarius, en verwijst naar de D naam Schwimmer; de ware identiteit van deze soort blijft in het ongewisse.

B&O 1822 geven op: "De Torenvalk, Steengal, Steensmetzer, Windwanner". Voor Linnaeus' 15e Valk, Falco Tinnunculus, geeft Houttuyn de naam Steen-smetzer op. Hier geeft Houttuyn duidelijk te kennen dat hij de soort uit N kent: "Hy maakt een zonderlinge beweeging met zyne Vleugelen in de Lugt, even of hy aan het wannen ware, en deswegens noemen hem de Duitschers somwylen Wannen-Vaher of Wannen-Waeher, de Engelschen Wind-Vanner1 en Wind-hover: want even als de Meeuwen, wanneer zy op Visch loeren; zo houdt hy zig in de Lugt door 't flodderen zyner Wieken stil, en mikt op zynen prooy, daar hy dan eensklaps op nedervalt. Zyne gewoonste naam, egter, is afgeleid van zyne huisvesting in de Toorens of Muuren van de oude Sloten, namelyk Stein-gall, Steinschmatz, welken wy in 't Nederduitsch navolgen, met Steengal, Steenschmetzer. De Sweeden noemen hem, nog eigener, Kerk-Valk, Toorn-Valk." (met de "Meeuwen die zig stil houden in de Lugt" zal Houttuyn Visdiefjes bedoeld hebben).

1 Vgl. N Windwanner.

< >