Gepubliceerd op 16-11-2020

Putoor

betekenis & definitie

Volksnaam voor de Roerdomp ←. Ook Pitoor, Pictoor ←, Puitoor, Puithoorn en Butoor ← en Boetoor [WVD].

Kleine Putoor is een opgegeven volksnaam voor het Woudaapje in Woumen (WVl) [WVD]; het Woudaapje lijkt in een aantal opzichten op de Roerdomp maar is duidelijk kleiner. De namen Puteur en Putoor voor het Woudaapje in (delen van) Zeeuws-Vlaanderen [Rogiers 1988] zal wel verklaard moeten worden uit een grotere bekendheid (ooit) van de mensen ter plaatse met het Woudaapje dan met de Roerdomp. WVD bevestigt het gebruik van deze of soortgelijke namen voor het Woudaapje elders in Vlaanderen overigens niét. Jonkers et al. 1987 noemt Butoor als (tweede) volksnaam voor het Woudaapje ergens in Vechten/of Eemstreek (NH/U), maar dit berust mogelijk op een vergissing, aangezien dezelfde bron Pietoortje als volksnaam voor de veel grotere Roerdomp opgeeft.

ETYMOLOGIE De [p] in Putoor is een verscherping van de eerdere in Butoor ← en varianten. Hierdoor werd de vogelnaam het homoniem van Putoor 'Bunzing', zoals bijv. vermeld in de VK c.1618: "PUTOOR. J. VISSE ... i. hydra". Mogelijk heeft F Putois (1175) 'Bunzing' of laatLat putorius (de wetenschappelijke genusnaam van de Bunzing; <Lat pator 'verrotting, stank') een rol gespeeld bij het ontstaan van Putoor 'Roerdomp'.

{De betekenis 'hydra' (=Waterslang) die de VK opgeeft berust misschien op verwarring van Putoor met de slang Python? Jacob van Maerlant noemt in boek 6 van Naturen Bloeme de Lat naam Pister voor een soort van Slang.} Mnl putier 'hoereerder' is etymologisch verwant met Putoor 'Bunzing', niet met Putoor 'Roerdomp'.

< >