Gepubliceerd op 16-11-2020

Kieviet

betekenis & definitie

Vanellus vanellus (Linnaeus: Tringa) 1758. Zeer bekende 'zwart-witte' weidevogel met een kuif, uit de familie der Plevieren.

In het haags en amsterdams handschrift van Van Maerlant Der Naturen Bloeme (na c.1266) wordt gespeld 'kivit' (en 'kienic' in het leidse handschrift) (zie sub Vaneel). Kieuit in de VK c.1618. Hierin en in Houttuyn 1763 wordt ook melding gemaakt van de F klanknabootsende naam Dixhuit (het lijkt alsof de vogel "dix-huit" ('achttien') roept).De N naam is een nabootsing van diens roep, en daarom is de spelling1 Kieviet te verkiezen (Kievit/Kieviet is één der weinige keuzemogelijkheden die de spellingwijziging van 1995 toch nog scheen te laten; NSG 1997 verwerpt definitief de spelling Kievit). Ook in veel andere talen is er sprake van een zuivere onomatopee: D Kiebitz <mhd gibiz, giwiz; mnd Kivit [VT]; beiers Geibitz; zwitsers Giwix, Gifitz; E volksnamen Peewit, Peweep, Tewhit (etc.) (officieelLapwing, vgl. sub Ljip); catalaanse volksnaam Nyivit; roemeens Nagït; R Tsjibis; lets Kivite; estisch Kiivitaja; hongaars Bibic.

Éénlettergrepig Weep, Wipe en Wype (Norfolk, Northumberland) zijn ontleend aan het oudnoords [Lockwood 1993 p.169]; vgl. de scandinavische namen voor de vogel: noors Vipe, zweeds Tofsvipa (zweeds tofs 'kuif, pluim'), deens Vibe, ijslands Vepja en feraers Vipa. Oudnoords vipa betekent 'stijve haarkuif', waarnaar de Kieviet uitstekend benoemd kan zijn (ook al zegt AEW 2000 anders), dus het onomatopoëtisch karakter van Vipa is toeval! {In zweeds Tofsvipa is er sprake van een tautologische ss.; hetzelfde geldt vermoedelijk voor fins Töyhtöhyyppa, want töyhtö ='kuif' en fins hyyppa is (mogelijk) een ontlening van noors Vipa of Vipe [00D,3].} Ook Sp Avefria lijkt misschien een onomatopee, maar het betekent: 'vogel van het koude jaargetijde'; It Pavoncella betekent letterlijk: 'kleine Pauw', in verband met de opgerichte kuif.

De veel gebruikte N volksnaam Kieft ← is, in strijd met het vogelgeluid, éénlettergrepig. Zo zou ook fries Ljeap misschien nog wel klanknabootsende werking ondergaan kunnen hebben, hoewel de etymologische grondslag ws. anders is: zie sub Ljip. Zie ook keeft.

Een oude vermelding van de vogelnaam in een toponiem komt voor in de plaats Kievitshaar (Ov) (<Khyvedeshaar 1336). Voor -haar zie sub Haarsnip.

Voor Lat Vanellus (doorgaans in verband gebracht met Lat vannus 'wan') zie sub Vaneel.

1 Kieviet was een mogelijke spelling rond de jaren 1880 [Hoek 1886], maar tot de spellingshervorming 1995 werd uitsluitend Kievit (mv Kieviten) toegestaan, waarin de klinker van de tweede lettergreep klinkt als de korte middenklinker [i] (een uitspraak die in delen van België schijnt voor te komen [mededeling Van Spaendonk te Lier]), ofwel [ie] (de gewone uitspraak in N ornithologenkringen), zodat de spelling Kievieten alleszins te verdedigen is, ofwel (mogelijk dialectisch) [a] (sjwa), waaruit de uitspraak Kieft geëvolueerd zal zijn.

< >