Gepubliceerd op 16-11-2020

Bladkoning Bladkoninkje

betekenis & definitie

Phylloscopus inornatus (Blyth: Regulus) 1842. De naam in de verkleinvorm van deze bij ons op de trek tamelijk zeldzame ‘Loof- of Boszanger' is voorgesteld door Wickevoort Crommelin in 1866 en kreeg de voorkeur van Snouckaert 1908 boven de door Albarda 1897 gehanteerde naam Grauwstuitboschzanger ←.

Snouckaert, die wel de naam Winterkoning gebruikt (voor de bekende vogel met die naam), laat Bladkoninkje dus ongewijzigd in de verkleinvorm. Tot 1988 is deze verkleinvorm probleemloos gehanteerd, o.a. in het vogeltijdschrift Dutch Birding. In 1988 werd deze echter als onnodig beschouwd (wat te verdedigen is vanuit het oogpunt, dat de Bladkoning voor een Loofzanger inderdaad niet abnormaal klein is) en werd de naam ‘vergroot'. Vogelaars in het veld hanteerden de naam Bladkoning al wel iets langer, temeer daar zij het vinden van deze soort als een daad van grote verdienste beschouwen. Overigens is het blad aan de loofbomen meestal al flink uitgedund tegen de tijd dat deze vogels bij ons verschijnen, wat het opsporen van de vogel natuurlijk erg vergemakkelijkt.De N naam voor deze vogel staat tamelijk alleen, is dus nogal origineel. De naam die de voornaamheid en deftigheid van een koning suggereert, is in tegenspraak met de huidige wetenschappelijke naam: inornatus 'onopgesmukt'. Bladkoninkje is ongeveer de vertaling van een oudere wetenschappelijke naam Phyllobasileus Cab. 1850: Gr phullon 'blad, loof' en Gr basileus 'koning, vorst, heerser'. Het beeld is dat van een vogel die zich erg thuisvoelt in het gebladerte van de bomen, daar a.h.w. koning is. Ook is er een hint naar de zgn. Koningsmythe, volgens welke de vogels hun koning kozen als de soort die het hoogst vliegen kon (zie sub Goudhaantje en Winterkoning).

Voor de naam in de meeste moderne talen heeft nog weer een andere eerdere wetenschappelijke naam, Motacilla superciliosa Gmel. 1788 model gestaan: E Yellow-browed Warbler, D Gelbbrauenlaubsanger, zweeds Vitbrynad Sangare, F Pouillot a (grands) sourcils, terwijl de opvallende dubbele vleugelstreep de reden is voor Sp Mosquitero Bilistado ('dubbelgestreept'; Sp lista 'streep'; Mosquitero is de officiële Sp naam voor de soorten van het genus Phylloscopus, letterlijk: 'Muggenvanger, Muggeneter' <Sp musquito 'Mug, Muskiet'). Opvallende kenmerken genoeg dus voor deze soort uit een familie waar doorgaans minder aan te zien valt. De reden voor de naam inornatus moet dus wel voortgekomen zijn uit een vergelijking met de Goudhaantjes Regulus, die een geel of oranje "kroontje" dragen, maar wat vleugelstrepen en wenkbrauwstreep betreft erg op de Bladkoning lijken. Dit klopt ook met het gegeven dat de naam bij Blyth luidde: Regulus inornatus [info H Wilms 960929]. Zie ook Blako.

ETYMOLOGIE N blad <mnl blat (mv. blader(e), blade) <oudsaksisch blad; fries blêd; D Blatt <ohd blat; E blade (naastleaf) <oudengels blxd; zweeds/noors blad <oudnoords blad; germ *blada; tochaars palt; idg * *bhletho'gebloeid' <idg *bhle 'zwellen' (blad ='uitgebloeid').

N koning <mnl coninc, cueninc <oudnederfr cuning, cunig; oudsaksisch kuning; fries kening, koaning, keuning <oudfries kining, kinig, kening, kenig; D König <ohd kuning, chuning, chunig; E king <oudengels cyning; zweeds kung, konung; noors konge <oudnoords konungr; germ *kuningaz is in het fins overgenomen als kuningas 'koning' en in het litouws als küningas 'priester'. Het woord is afgeleid van germ *kunja '(voornaam) geslacht', waarmee N kunne 'sexueel geslacht' en N kind verwant zijn. De koning was een afstammeling uit een goddelijk geslacht.

< >