engelsch blijspelen kluchtendicht er, geb. 8 Nov. 1836 te Londen, behaalde aan de universiteit aldaar den graad van bachelor of arts, bekleedde eenigen tijd een staatsbetrekking en werd 1864 aan de balie van Inner-Temple beroepen, doch begon zich weldra meer en meer aan het tooneel te wijden; thans beheert hij het Savoy-theater te Londen. Op zijn eerste stuk, het blijspel Dulcamara (1866), dat veel succes had, volgden: An old score, The princess (parodie op Tennyson’s gelijknamig dichtwerk), Ages ago, Creatures of impulse, A sensation novel, Happy Arcadia, en de tooneelstukken The palace of truth (1870), Pygmalion and Galatea (1871) en The wicked world (1873).
In Charity en Sweethearts (1874) beproefde hij een meer ernstigen toon aan te slaan; weldra keerde hij echter tot het blijspel (On bail, 1877, en Ne’er do wheel, 1878) en de klucht terug, met het tooverstuk Broken hearts en de door A. Sullivan op muziek gezette komische opera’s: Trial by jury, The sorcerer, Her Majesty’s ship Pinafore (1879), The pirates of Penzance (1881), lolanthe (1882), The Mikado (1885), die allen buitengewoon populair werden; in hetzelfde genre volgden nog: Ruddigore (1887), The yeoman of the guard (1888), The Gondoliers (1889), Songs of a Savoyard (1890), The Mountebanks (1891), His Excellency (1894), Birthday Souvenir 1895. Bijeenverzameld verschenen: Original plays (3 series, 1875, 1881, 1894). G. was langen tijd medewerker van het spotblad „Fun”; van zijn bijdragen daarvoor werden meerdere verzamelingen in boekvorm afzonderlijk uitgegeven, als: Bab Ballads (1869), More Bab Ballads (1872).