(markies) lord Shelburne, engelsch staatsman, geb. te Dublin 1737, overl. te Londen 1805, diende eerst in het leger en werd in 1760 aide de camp van den koning. In 1761 kwam hij in het Huis der lords met den titel van baron Wycombe en werd voorzitter van den raad van koophandel in het kabinet Grenville, maar raakte met de meesten van zijn collega’s in onmin.
Eindelijk sloot hij zich aan bij Pitt, die hem tot staatssecretaris voor de koloniën benoemde (1766). Toen hij verzoenend tegenover de Amerikanen wilde optreden, moest hij zich uit het ministerie terugtrekken. Nu schaarde hij zich bij de oppositie en hield niet op het terugtrekken der troepen uit Amerika te eischen, terwijl hij de regeering hevige doch welverdiende verwijten deed over haar beheer in Ierland. Aan het hoofd der regeering gekomen, sloot hij den nadeeligen vrede met de Amerikanen en met Frankrijk en Spanje, doch werd in 1783 vervangen door Fox, die zich met North tegen hem had verbonden. De koning benoemde hem tot markies van L. (1784) uit erkentelijkheid voor de bewezen diensten. De laatste jaren van zijn leven was hij wederom Pitt behulpzaam bij verschillende zaken, omtrent die van Indië kwam hij evenwel ook met deze in slechte verhouding.
L. was een groot kunstminnaar en een smaakvol en geleerd beoefenaar der letteren. Aan hem werden de vermaarde Brieven van Junius toegeschreven.