nederl. letteren oudheidkundige, geb. 1829 te Leiden, overl. 1896, 1880—96 directeur van de universiteitsbibliotheek en der Bibliothèque wallonne te Leiden, gaf in ’t licht: Album studiosorum Academiae Ijiigduno-Batavae, Repetorium der verhandelingen betreffende de geschiedenis des vaderlands, in mengelwerken verschenen tot op 1860 (met R. Fruin, Bodel Nijenhuis, L.
J. F. Janssen en J. de Wall), Register van academische dissertatiën en oratiën betreffende de geschiedenis des vaderlands (aanvulling van ’t vorige werk) en schreef verder stukken voor allerlei tijdschriften.