Oostenr. officier en astronoom, geb. 19 Maart 1782 te Rosslau am Harz, overl. 18 Febr. 1856 te Venetië; hij maakte als hoofdman in oostenrijkschen dienst de veldtochten van 1805 en 1809, benevens den bevrijdingsoorlog tegen Napoleon mede, en werd in 1832 kommandant van de stad Rovigo. Hij is vooral bekend door de naar hem genoemde komeet.
Komeet van Biela
Deze komeet werd in 1826 door Wilhelm van Biela, toenmaals woonachtig te Josephstadt in Bohemen, en 10 dagen later door Gambart te Marseille in Frankrijk, waarom zij ook wel komeet van Gambart genoemd wordt, ontdekt; zij was slechts met den verrekijker zichtbaar en bleek een periodieke, komeet met een omloopstijd van 63/4 jaar; haar terugkeer werd, tengevolge van een voorspelde botsing met de aarde, in 1832 met angst tegemoet gezien; in 1839 werd zij niet gezien, in 1845 weer wel; in Jan. 1846 deelde zij zich plotseling in twee kometen, die nevens elkander, met een afstand van 300.000 km., haar loop voortzetten, terwijl nu eens de eene, dan weer de andere het helderste was ; 2 Maart verdween de eene geheel, terwijl de andere nog een maand lang gevolgd kon worden. Bij de eerstvolgende wederverschijning, in 1852, werden beide weer gezien ; zij bewogen zich nu op een afstand van 2.411.000 km. van elkander; in 1859 werden zij geen van beiden waargenomen, waarschijnlijk wegens hun ongunstigen stand ten opzichte der aarde, naar men meende; ook in 1865 werden zij vruchteloos verwacht, hetgeen men toeschreef aan haar grooten afstand van de aarde ; toen zij echter ook in '872 niet verschenen, nam men aan, dat zij zich moesten hebben opgelost, en dat de regen van vallende sterren, waargenomen op 27 Nov. 1872, op het oogenblik dat de aarde de baan dezer kometen kruiste, hiermede in verband stond, hetgeen de herhaling van dit verschijnsel op 27 Nov. 1885 scheen te bevestigen.
