Wanneer men een opening of put in den grond graaft, bereikt men op eenige diepte het grondwater, dat wanneer men het verwijdert, spoedig weer aangevuld wordt door het opwellen, naar boven toestroomen, van nieuw water en daardoor geschikt is om als drinkwaterbron te dienen. Daartoe worden steenen putten gemetseld, die tot beneden den waterstand in den grond reiken, en waaruit men door emmers of door pompen water ophaalt.
De minerale deelen, die het W. in den grond opneemt en de lage temperatuur geven er den aangenamen smaak aan als drinkwater.
