een russisch geslacht, waarvan sommige leden zich onderscheiden hebben. Peter van der P., geb. 1746, werd in 1795, toen Koerland aan Rusland kwam, gouverneur dezer nieuwe provincie, na zich als krijgsman en als staatsman verdienstelijk gernajakt te hebben.
Toen keizer Paul aan de regeering kwam, werd hij eerst ontslagen, doch wist weldra de gunst van dien vorst in zoo hooge mate te winnen, dat hij in den gravenstand verheven, tot generaal der kavalerie en tot gouvemeur-generaal van Petersburg benoemd werd. Niettemin stelde hij zich aan het hoofd van den opstand, die den keizer in 1801 het leven kostte. Teleurgesteld in zijn verwachting van onder den naam van den jongen Alexander te regeeren, vroeg hij zijn ontslag en sleet zijn leven verder op een landgoed bij Mitau, waar hij in 1826 overl.Zijn zoon, graaf Peter van der P., in 1777 geb., onderscheidde zich in de veldslagen tegen de Franschen, nam in 1823 zijn ontslag, doch trad, toen Nicolaas I den troon beklom, weder in dienst. In 1827 tot generaal van de kavalerie benoemd, vocht hij tegen de Turken en Polen, en was van 1835—41 gezant te Parijs. Hij overl. in 1864.
Zijn oudere broeder, graaf Paul van der P., geb. in 1775, streed insgelijks tegen de Franschen, werd in 1828 generaal der kavalerie, had in 1831 een tijd lang het bevel over het tweede infanteriekorps en stierf in 1836. Hij was de vader van de in de fransche salons welbekende Julie, gehuwd met den graaf Samoilow.
Een derde broeder, graaf Frederik van der P., in 1780 geb., was gezant van Rusland te Washington en Munchen. In 1829 sloot l(ij met graaf Orlow den vrede van Adrianopel, werd in 1834 tot geheimraad in werkel. dienst benoemd en overl. in 1863.