Gepubliceerd op 18-03-2021

Resident

betekenis & definitie

ambtstitel, van de Engelschen overgenomen, voor den hoofdambtenaar, die het bestuur voert over een gewest in Nederl.Indië. De afzonderlijke gewesten, waarin Ned.Indië verdeeld is, worden beheerd door burgerlijke ambtenaren, den titel voerende van: gouverneur, resident en op zich zelf staande assistent-residenten. Waar de inwendige toestand zulks vordert, worden voor deze betrekkingen somwijlen ook officieren gekozen.

In het algemeen worden deze gouverneurs, residenten en assistent-residenten aangeduid onder de benaming van „Hoofden van gewestelijk bestuur”. De aan de gouverneurs ondergeschikte residenten op de zoogenaamde Buitenbezittingen (bezittingen buiten Java en Madura), n.l. Sumatra’s Westkust, zijn echter geen hoofd van gewestelijk bestuur. Die hoofden van gewestelijk bestuur worden door den gouv.-gem benoemd, in den regel bij keuze uit de geschiktste ass.-residenten, en ontslagen. Hun rang is, voor zoover zij burgerlijke ambtenaren zijn, gelijkgesteld aan dien van generaal-majoor (gouverneur), kolonel (resident) of majoor (assistent-resident). Hunne instructie is vastgesteld bij Indisch Staatsblad 1859 no. 102 (gewijzigd bij Indisch Staatsblad 1876 no. 57) en voorwaardelijk van toepassing verklaard op de Buitenbezittingen bij Indisch Staatsblad 1861 no. 44.

Tot de betrekkingen van aspirant-controleur en controleur bij het binnen!. bestuur, ass.resident, gewestelijk secr., resident en gouverneur in Ned.-Indië zijn alleen benoembaar zij, die hebben voldaan aan ’t groot-ambtenaarsexamen of aan het aanvullingsexamen voor doctoren in de rechtswetenschap. Overigens zijn tot ambtenaren bij den burgerlijken dienst in Ned.-Indië benoembaar:

1. Nederlanders;
2. Inboorlingen van de eilanden van den Indischen Archipel, voor zoover deze tot Ned.Indië behooren;
3. Die in Ned.-Indië geboren zijn uit aldaar gevestigde ouders, voor zoover ze niet behooren tot de met de Inlandsche gelijkgestelde bevolking (vreemde Oosterlingen).

Aan hen, die niet aan het bovenstaande voldoen, kunnen alleen die ambten of bedieningen worden opgedragen, welke door den Koning, bij naderen algemeenen maatregel van bestuur, zullen worden aangewezen.

De hoofden van gewestelijk bestuur vertegenwoordigen in alle omstandigheden het Gouvernement en hebben, voor zoover dit vereenigbaar is met het aan sommige streken gelaten zelfbestuur, in hun gewest het hoogste burgerlijk en geldelijk beheer, alsook dat der politie; zij zijn alleen aan den gouverneurgeneraal rechtstreeks ondergeschikt. Intusschen oefenen zij hun toezicht over de takken van bestuur, welke tot een der departementen behooren, slechts uit overeenkomstig de bestaande bepalingen en de aanwijzingen der directeuren, behoudens hunne bevoegdheid om, ingeval zich daartegen gewichtige bedenkingen verzëtten, de beslissing van den gouverneurgeneraal in te roepen. Van belangrijke voorvallen geven zij onverwijld kennis aan den gouverneur-generaal en, met uitzondering van staatkundige gebeurtenissen, ook aan den betrokken departementschef. Een omstandig jaarverslag zenden zij daarentegen rechtstreeks aan den gouverneur-generaal. Overigens wenden zij zich alleen in dringende omstandigheden rechtstreeks tot de Regeering en zijn zij in den regel verplicht van de tusschenkomst der directeuren gebruik te maken, die de voorstellen met hunne adviezen aan den gouverneurgeneraal doen toekomen.

De werkkring der hoofden van gewestelijk bestuur omvat verder het volgende:

Zij zorgen voor de handhaving met den meesten klem van het Nederlandsch gezag en waken tegen alle inbreuken daarop; daar waar met zelfstandige Inlandsche vorsten verdragen zijn gesloten, zien zij voortdurend toe dat ze stipt worden nageleefd; tot handhaving van het gezag kan de hulp worden ingeroepen der aanwezige militaire of maritieme macht, terwijl zij de beschikking hebben over de schutterijen en de andere bestaande corpsen en over de vaartuigen der Gouvernementsmarine; zij handhaven het aanzien der Inlandsche invloedrijke geslachten en moeten er naar streven hen steeds aan het Nederlandsche gezag verbonden te houden; zij beschermen de Inlandsche bevolking tegen willekeur van wien ook en zorgen dat haar overal de gelegenheid gegeven worde om vrijelijk klachten in te brengen; zij zien toe dat de Inlandsche hoofden hunne instructiën nauwgezet nakomen. Verder zijn zij belast met de uitvoering van schier alle algemeene verordeningen of met het toezicht op de uitvoering er van en hebben in het algemeen het toezicht op alle takken van dienst, behalve op de rechterlijke, de militaire en de maritieme macht; bij hen berust het oppertoezicht op het armwezen en het bestuur van weeshuizen en liefdadige gestichten; het toezicht op het gevangeniswezen; bevordering der hygiène; toezicht op de vaccine; in het bijzonder te zorgen voor den landbouw der Inlandsche bevolking, voor de teelt van voedingsmiddelen, den veestapel; toezicht op het Inlandsch onderwijs en bevordering der oprichting van scholen; ambtshalve voorzitter der Europeesche schoolcommissiën in hun gewest. Ten aanzien van de onder hunne bevelen staande ambtenaren van het Binnenlandsch bestuur zijn zij verplicht te zorgen, dat deze de bepalingen en voorschriften stipt opvolgen. Voorts zijn zij bevoegd tot het maken van reglementen en keuren van policie voor hun gewest of een deel daarvan, zullende deze zich echter niet mogen uitstrekken tot onderwerpen van algemeen strafrecht noch iets inhouden strijdig met verordeningen door een hooger gezag binnen den kring zijner bevoegdheid uitgevaardigd. De afkondiging van die reglementen en keuren mag echter niet geschieden dan na raadpleging van den directeur van justitie.

In elk gewest staat den resident een secretaris ter zijde, wiens taak vooral in de zorg voor de uitvoering der bevelen van den resident, in de briefwisseling en bewaring van het archief bestaat; hij is de vraagbaak van den resident.

Het plaatselijk bestuur over de afdeelingen, waarin de residentie verdeeld is, wordt uitgeoefend door assistent-residenten; deze zijn de vertegenwoordigers van den resident in hunne afdeelingen. Onder de assistent-residenten staan de controleurs biji het Binnenlandsch bestuur, met de aspirant-controleurs.

< >