de verdeeling van den gemiddelden jaarlijkschen of maandelijkschen regenval (sneeuw, hagel enz. meegerekend) over de oppervlakte der aarde. De lijnen, welke de plaatsen verbinden die evenveel regen hebben, heeten isohyeten; deze worden gevonden met behulp van regenmeters en vormen den grondslag der hyetographhche of regenkaarten.
De hoeveelheid regen eener plaats hangt af van haar ligging. Op sommige plaatsen regent het alleen op vaste tijden, die men daarom regentijden noemt. Op andere plaatsen valt het geheele jaar door van tijd tot tijd regen. Hoe ingewikkeld de R. is, leert men uit Köppen’s Untersuchungen über die jahreszeitliche Verteilung’ der Niederschläge en uit Supan’s werk Die Verteilung des Niederschlags auf den festen Erdoberfläche. Koppen onderscheidt 7 hoofdgebieden van R.; vier daarvan splitst hij nog in onderafdeelingen.