fransch schrijver en staatsman, geboren 29 October 1813 te Maine-Bertrand (Charente-Inférieure), jarenlang als criticus werkzaam aan de „Presse" en de „Revue des Deux Mondes”. In 1848 richtte hij met Lamartine de „Bien public” op en bestreed in de „Siècle” en de „Courrier du Dimanche” het tweede keizerrijk; 1863 en 1869 werd hij als lid der oppositie in de wetgevende lichamen gekozen, 1870 bij de September-revolutie tot minister zonder portefeuille benoemd en bestuurde tijdens het beleg van Parijs vooral de ambulances. 1871 —76 behoorde hij in de nationale vergadering tot de republikeinsche linkerzijde, sedert 1876 was hij lid van den Senaat, en overl. 13 Dec. 1884 te Parijs.
Behalve tal van vlugschriften schreef hij: L’histoire du brahmanisme (1846), Heures du travail (1854, 2de dr. 1869), La loi de progrès (1857, 6de dr. 1881), Les droits de l’homme (1858, 2de dr. 1867), Décadence de la monarchie française (1860, 4de dr. 1872), Les fêtes de l’intelligence (1863), Nouvelles heures de travail (1870), Dieu est-il mort? (1883), enz.