Gepubliceerd op 20-01-2021

Petrus driessen

betekenis & definitie

Nederl. genees- en plantkundige, kleinzoon van den vorige, geb. 30 Aug. 1753 te Groningen, studeerde aldaar, werd er eerst hoogleeraar in de medicijnen, in 1806 ook in de botanie, en overl. 11 Jan. 1828; hij schreef: Scheikundige verhandeling over de Magnesia alba (1787), Natuur-scheikundige waarnemingen over de geneeskunde en oeconornie in ons vaderland (1791).

< >