Deensch componist, geb. 22 Febr. 1817 te Kopenhagen, was 1841—48 medewerker, vertegenwoordiger en navolger van Mendelssohn, werd daarop hoforganist in zijn geboorteplaats, was sinds 1865 hoofd-direeteur van het conservatorium der muziek, en overl. 22 Dec. 1890 ; 1897 werd te Kopenhagen een gedenkteeken voor hem opgericht. Minder rijk aan gedachten dan Rob. Schumann, en minder meesterlijk in den vorm als Mendelssohn, komt hij deze beide kunstenaars door zijn fijngevoeligheid van uitdrukking en gelukkig gebruik van het klankmateriaal, zeer nabij. Zijn romantisch echt noorsch koloriet komt het krachtigst uit in zijn eerste orkest-composities, die hij als half-autodidact schreef. G. schreef ook werken voor den zang; doch zijn eigenlijk terrein is de instrumentaalmuziek; men heeft van hem : acht symphonieën; waaronder de eerste en vierde de voornaamste zijn; vijf ouvertures; Comala, dramatisch gedicht naar Ossian, voor solo, koor en orkest; Erlkonings dochter, ballade naar deensche volkssagen; cantaten; een „Lentephantasie” voor vier solostemmen, klavier en orkest; een octet, een sextet en een quintet voor strijk-instrumenten, tal van kleine stukken voor klavier, één- en meerstemmige liederen enz. Zijn opera Mariotta kwam alleen te Kopenhagen tot opvoering.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk