Gepubliceerd op 23-02-2021

Meetinstrumenten

betekenis & definitie

meer samengestelde werktuigen om te meten. De in de landmeetkunde gebruikte M., welke dienen tot het meten van lengten, hoeken en hoogten, heeten geodetische M.; daartoe worden ook de signaalinstrumenten (heliotroop, zie_ ald. enz.) gerekend.

Andere M. zijn de sextant, de theodelith, de barometer, de nirelleerinstrumenten enz. Onder den naam electrische of eleetroteehnische M. vat men alle instrumenten samen die dienen om de verschillende grootheden die bij den electr. stroom in aanmerking komen op ieder oogenblik zonder omslachtige metingen te leeren kennen, door de waarde ervan eenvoudig op een toestel af te lezen. Er bestaan reeds een menigte apparaten, waarbij men door middel van een wijzer die zich over een verdeelde schaal beweegt, dadelijk kan aflezen hoeveel ampères stroomsterkte of hoeveel volts spanning door een dynamo geleverd worden. De electr. M. tot het meten van stroomsterkte en spanning (de ampèreen de voltmeters) zijn voor het meerendeel galvanometers (zie ald.) en berusten derhalve op de werking die de electr. stroom uitoefent op den magneet of op week ijzer, welk laatste door den stroom zelf tot ©en magneet wordt gemaakte Evenwel zijn er ook andere. De eenvoudigste stroommeter bestaat uit een ijzeren kern, opgehangen aan een der armen van een balans en gestoken in een klos koperdraad waar de stroom doorheen gaat; zoodra dit laatste plaats heeft wordt de kern dieper in den klos getrokken, hetgeen weer een aan het toestel bevestigden wijzer in beweging brengt.

Dit zeer eenvoudige instrument is echter verre van nauwkeurig. Betere resultaten geeft de stroommeter van Hummel, welke op het volgend beginsel berust. In de holte van een klos koperdraad, waar de te meten stroom doorheen loopt, is een gebogen ijzeren plaatje, dat draaien kan rondom een as die excentrisch ligt ten opzichte der as van den klos. Gaat er nu door de omwindingsdraden van den klos een stroom, dan wordt het ijzeren plaatje naar den wand van de holte getrokken; hierdoor wordt een wijzer in beweging gebracht en op een verdeelde schaal kan men onmiddellijk het aantal ampères aflezen, dat door het toestel gaat. De volt- of spanning smet er s zijn in hun wezen eveneens stroommeters. Wanneer men de einden van een koperdraad van bekenden weerstand met twee punten van de heen- en de teruggaande leiding eener stroombaan verbindt, dan zal er, overeenkomstig de wet van Ohm, door dezen weerstand een electr. stroom gaan, welks waarde afhangt van het spanningsverschil tusschen de aansluitingspunten; uit de stroomsterkte, gemeten in den bekenden weerstand, kan men, door toepassing van de zoo even genoemde wet, tot het spanningsverschil besluiten.

Men kan ook, in plaats van telkens deze berekening te maken, tusschen de heen- en terugleiding een meetinstrument aanbrengen, voorzien van een wijzer welks afwijking (tengevolge van den stroom die door de te meten spanning in het toestel ontstaat) onmiddellijk aangeeft hoeveel volts het spanningsverschil tusschen de aansluitingspunten bedraagt. Veelal is het wenschelijk de veranderingen van de stroomsterkte en de spanning gedurende zeker tijdsbestek te kennen en om het onophoudelijk opnemen van den stand van den wijzer onnoodig te maken, heeft men zelfregistreerende instrumenten geconstrueerd, die den stand van den wijzer voortdurend opteekenen. (Zie voorts Volt- en Wattmeters).

< >