Gepubliceerd op 14-03-2021

Ludwig uhland

betekenis & definitie

duitsch dichter, germanist en romanist, geb. 26 April 1787 te Tübingen, studeerde in de rechten, en begon zijn loopbaan als dichter (afgezien van eenige bijdragen in muzenalmanakken) met politieke liederen, welke de ronde deden in de vrijheidlievende pers dier dagen en in 1815 bijeenverzameld verschenen. 1829 werd hij buitengewoon hoogl. in de duitsche taal- en letterkunde te Tübingen; hij werd ook herhaaldelijk in de Württembergsche Kamer gekozen, waarin hij zich bij de constitutioneeie oppositie schaarde. Hij overl. 13 Nov. 1862.

Standbeeld te Tübingen, 1873 onthuld. Als lyricus kenmerkt U. zich door natuurlijkheid en veelzijdigheid; zijn balladen en romancen zijn kernachtig en tevens zoetvloeiend. Als germanist en romanist behoort hij tot de grondleggers dezer wetenschappen. Uitgaven zijner werken: van L. Geiger (4 dln. Lpz. 1896), Gottschall (4 dln. ald. 1899), Holthof (Stuttg. 1901); een kritische uitgaven zijner gedichten van F.

Schmidt en J. Hartmann (2 dln. 1898). Levensschets en vertalingen in het nederl. van Van Meurs (Nijmegen 1877).

< >