nederl. dichter, in 1784 te Zwolle geb. en in 1826 aldaar overl. Zijn in 1808 uitgegeven gedieht Het geluk der liefde wekte gunstige verwachtingen; hierop volgden Lenteloveren, opgedragen aan zijn vriend en leidsman R.
Feith, en twee bundels gedichten: Poezy (1814) en Dichtbloemen (1825).