Karl reinecke

betekenis & definitie

pianist en componist, geb. 23 Juni 1824 te Altona, prof. van het conservatorium te Leipzig en 1861—95 directeur der Gewandhausconcerten aldaar; werken: het oratorium Belsazar, opera’s (König Manfred, Auf höhen Befehl, Gouverneur von Tours), muziek voor Schiller’s Tell, koorwerken (Hakon Jarl, Flucht nach Aegypten, Schneewittchen, Dornröschen), symphonieën, ouvertures, klavierconcerten, celloconcert, kamermuziek, liederen; pianist van naam, inzonderheid Mozartspeler; schreef: Die Beethovensche Klaviersonaten (3de dr., 1898) enz.